Température de Transition Vitreuse

La température de transition vitreuse (Tg) est un phénomène propre aux polymères amorphes. À cette température, les polymères passent de l'état vitreux à l'état caoutchouteux. La Tg est une caractéristique importante du comportement des polymères. Elle marque un changement radical des propriétés physiques et mécaniques.

En dessous de la Tg : En raison du manque de mobilité, les polymères sont durs et cassants comme le verre.
Au-dessus de Tg : En raison d'une certaine mobilité, les polymères sont souples et flexibles comme le caoutchouc.

The glass transition temperature (Tg) is a phenomenon of amorphous polymers. At this temperature, polymers undergo a transition from a glassy to a rubbery state. The Tg is an important feature of polymer behaviour. It marks a region of dramatic change in physical and mechanical properties.
Below Tg: Due to lack of mobility, polymers are hard and brittle like glass.
Above Tg: Due to some mobility, polymers are soft and flexible like rubber.

De glasovergangstemperatuur (Tg) is een fenomeen van amorfe polymeren. Bij deze temperatuur ondergaan polymeren een overgang van een glasachtige naar een rubberachtige toestand. De Tg is een belangrijk kenmerk van het gedrag van polymeren. Het markeert een gebied met dramatische veranderingen in fysische en mechanische eigenschappen.

Onder Tg: Door gebrek aan beweeglijkheid zijn polymeren hard en bros als glas.
Boven Tg: Door enige mobiliteit zijn polymeren zacht en flexibel zoals rubber.